Niet alle gymnasia zijn hetzelfde. Dat klinkt als een open deur, maar toch lijken discussies andere soorten dan categorale gymnasia in de steden nog wel eens te vergeten. Dan heb ik het ten eerste al over de scholengemeenschappen die gymnasium als opleiding aanbieden, maar ook over categorale gymnasia buiten de grote steden. Waar veel categorale gymnasia hun wortels vinden in oude Latijnse scholen, kent het Sint-Oelbertgymnasium juist een katholieke achtergrond.
Het Sint-Oelbertgymnasium werd in de 19e eeuw opgericht als een kleinseminarie, bij de paters Kapucijnen. Zij verbleven aanvankelijk in Langeweg, een lange weg ten westen van Breda, maar in 1944 (het bevrijdingsjaar voor het zuiden) moesten ze naar een ander onderkomen verhuizen vanwege beschadigingen aan het gebouw. Zo zijn ze in 1954 in Oosterhout (ten noordoosten van Breda) terecht gekomen; en in 1959 ontstond vervolgens het Sint-Oelbertgymnasium. De relatief obscure Sint-Oelbert is een zogenaamde ‘cephalofore’, ‘hoofddragende’, heilige. Volgens de overlevering werd hij onthoofd door bandieten, waarna hij met zijn hoofd onder de arm naar het huidige centrum van Oosterhout liep, de plek waar nu nog de basiliek staat. Het verhaal is met name bekend uit het Latijnstalige werk Natales Sanctorum Belgii dat Joannes Molanus in 1595 voor het eerst te Leuven uitgaf, dus midden in de Tachtigjarige oorlog.[1]
Het Oelbert en andere van oudsher katholieke scholen zoals het Juvenaat in Bergen-op- Zoom en Bernrode in Heeswijk-Dinther, laten zien dat categorale gymnasia niet per definitie scholen in grote steden zijn. Wat het Oelbert bijvoorbeeld bijzonder maakt, is de rol die het speelt in de Amerstreek: de regio van ongeveer Oosterhout, Geertruidenberg, Raamsdonksveer en Dongen. Als het enige (categorale) gymnasium in deze omgeving, trekt de school een brede groep leerlingen aan, van boerenkinderen tot kinderen van gastarbeiders uit Europa en daarbuiten. En dan moet je nog rekening houden met het gegeven dat de huizenprijzen er over het algemeen veel lager liggen dan in Breda. De school trekt uit een grote regio kinderen aan van verschillende komaf, omdat ze wat extra stof aan kunnen, misschien (hoop ik) Latijn en Grieks leuk vinden, of omdat ze fan waren van Harry Potter en toen ons gebouw zagen.
Het religieuze karakter in de loop der jaren is weliswaar naar de achtergrond verdwenen, maar soms blijft de katholieke geschiedenis op subtiele manieren aanwezig. Leerlingen krijgen levensbeschouwing als vak, wat niet op ieder gymnasium een gegeven is. En zo zijn er met de kerstlunch altijd oud-collega’s aanwezig die nog paters als collega’s hebben gehad met illustere namen als pater Fructuosus of Chrysanthus. Bovendien staat natuurlijk de kerststal elk jaar in de aula van de school (waar de leerlingen van kunnen genieten als ze moeten nablijven), en is de kerstviering traditioneel met een stichtelijke tekst. Alhoewel, stichtelijk. Tijdens de kerstperiode vrezen we ieder jaar weer voor de ‘ontvoering’ van het Kindeke Jezus door baldadige zesdeklassers na hun eindgala. En als ze de volgende ochtend aan het einde van de kerstviering in hun galatenue kerstliederen moeten “zingen”, blijft er vrij weinig over van die devotie tijdens de kerstviering. Toch, traditie, het hoort erbij. Fijne feestdagen iedereen!
[1] Let op: voor het ontstaan van de moderne natie België, werd de naam Belgii gebruikt om in het Latijn Nederlanders in de breedste zin van het woord aan te duiden.
Afbeelding nieuwsbrief: De heilige Oelbert (gravure van Jan Sleeper)
Afbeelding artikel: Kerststal van het Oelbert (foto van Bas Clercx)
'Gymnasium in het klooster' has no comments
Geef als eerste commentaar hierop!