Mijn leidinggevende vertelde dat ze zich van Grieks klas 5 vooral de redenaar Lysias herinnerde. Kennelijk was de auteur van redevoeringen uit de Atheense rechtbank de favoriete hobby van haar docent Grieks en zo had hij een vaste plek in haar geheugen gekregen.
Lysias is bij uitstek geschikt om leerlingen uit te nodigen over recht en rechtvaardigheid na te denken, zowel historisch gezien als in het hier en nu. Bijvoorbeeld: mag je iemand je huis uit knuppelen? Een van de bekendste redevoeringen van Lysias is de verdedigingsrede van Euphiletos, die beschuldigd wordt van de moord op Eratosthenes. Zijn verdediging komt in het kort neer op het verschuiven van de schuldvraag: hij sloeg Erathosthenes dood, omdat hij hem op heterdaad betrapt had in het bed van zijn vrouw, in zijn eigen huis nota bene.
Misschien gunnen we mijn leidinggevende ook nog herinneringen aan andere, ook mooie en boeiende teksten uit de Oudgriekse literatuur. De keuze van haar docent Grieks oogt bovendien misschien wat obsessief, maar schetst ook een belangrijk element (of misschien wel fundament) van het vakmanschap van de docent klassieke talen in de bovenbouw. Nadat in klas 4 de basis van de grammatica, de woordenschat en de culturele bagage is gelegd, zijn docenten vrij om een leeslijst voor hun leerlingen samen te stellen, mits ze ten minste twee verschillende genres lezen die niet in het centraal schriftelijk examen gelezen worden. Deze vrijheid lijkt zo een formele afhandeling, maar gaat vaak ook gepaard met dilemma’s: je wil als docent je leerlingen waardevolle teksten meegeven waar ze inhoudelijk gezien in hun verdere carrière mee te maken kunnen krijgen, maar je wil ook teksten kunnen behandelen die weliswaar minder canoniek zijn, maar die ook waardevolle thema’s meegeven die hun morele kompas zo her en der uitdagen. En misschien wil je als docent wel je leerlingen kennis laten maken met je eigen specialisatie en dus een inkijkje geven in wetenschappelijke discussies bij deze teksten.
Vermoedelijk zal Lysias niet alleen een persoonlijke hobby van de docent Grieks van mijn leidinggevende zijn geweest; hij had vast ook andere pedagogische en didactische overwegingen. De keuze voor bepaalde teksten brengt echter ook een bepaalde (persoonlijke) spanning met zich mee. Toen collega’s voor klas 5 Latijn een tekst van de Romeinse historicus Livius voorbereid hadden over de zelfmoord van Lucretia — na haar aanranding door de (in het vervolg verdreven) laatste koning van Rome —, vroeg een groepje leerlingen een alternatieve tekst te mogen lezen. Na overleg met de nieuwe rector, die een beetje schrok van de situatie die hij niet voorzien had, kregen de leerlingen toestemming een verandering aan te brengen in de leeslijst. Het was geen poging werk te ontlopen, maar een oprechte vraag met het oog op persoonlijke omstandigheden.
Hoewel we het in de les hebben over de inhoud van deze teksten en je de leerlingen uitdaagt hun mening te ontwikkelen over deze teksten, voel je toch dat je hun schedels niet geheel kunt lichten. Wat vinden ze nou echt, als je alle schoolse laagjes van ze afgeschrapt hebt? Als iedere vorm van schroom en terughoudendheid eraf zijn? Ben ik dan die docent van mijn leidinggevende met diens persoonlijke hobby’s? Vinden ze me een drammer als het gaat over seksualiteit in de oorsprong van de geslachten volgens Aristophanes in Plato’s Symposion? Als het gaat over ethniciteit in en buiten de Griekse wereld, ben ik dan die woke docent, of te veel een pleaser, of ga ik misschien juist niet ver genoeg? Is het te cringe of te awkward als ik vertel dat de tekst van Homerus’ Ilias die we gelezen hebben, in vertaling mijn gelofte tijdens mijn huwelijk was? Te veel, te weinig en precies genoeg?
Dit zijn maar enkele gedachtes die tijdens en na het uitleggen van deze teksten naar boven komen. Het mag als een verrassing komen, maar docenten blijken vaak ook mensen te zijn; dus waarschijnlijk ook de docent Grieks van mijn leidinggevende met de lichte obsessie voor Lysias. Juist in de keuze van deze teksten komt de persoonlijkheid van docenten naar voren. Die persoonlijke twist is niet alleen onderdeel van onze vrijheid van onderwijs of een mogelijkheid om het onderwijs op maat te maken; enthousiaste docenten enthousiasmeren hun leerlingen. Volgens onderzoek (zoals Casteren et al., 2023; Bulterman, 2023) is de vrijheid om het curriculum mede vorm te geven ook een belangrijke reden voor docenten (in dit geval eerstegraders) om aan het onderwijs verbonden te blijven.
In zekere zin zou je het behouden van docenten voor het onderwijs dus kunnen koppelen aan de keuze van die docent Grieks van mijn leidinggevende en zijn vrijheid om Lysias te lezen met leerlingen. Het is natuurlijk vervelend als je geen klik hebt met je docent of met de manier van lesgeven, maar wat zou er gebeurd zijn met de lessen van deze docent als die gedwongen was geweest Plato, Homerus en Herodotus te lezen? Misschien was de leeslijst representatiever, maar stond de docent dan nog zo bevlogen en enthousiast voor de klas?
Bas Clercx, bestuurslid VCN
***
Bulterman, J. (2023). Het lerarentekort. Pleidooi voor vakmanschap. Amsterdam University Press.
Casteren, W. v., Lodewick, J., Lommertzen, J., Luyten, E., & Mensvoort, C. v. (2023). Vertrekredenen leraren en docenten in het po, vo en mbo. ResearchNed in opdracht van Ministerie van OCW.
'Keuzevrijheid' has no comments
Geef als eerste commentaar hierop!