Voor sommigen zijn ze al weer bijna voorbij: de schoolvakanties. Hoewel het woord typisch Nederlands lijkt, gaat er een interessante combinatie van klassieke woorden schuil achter de oase van rust waar iedereen tijdens de zomer van geniet.
Vakantie komt van het laat Latijnse vacantia: de afwezigheid van plichten en zware arbeid, hetzelfde als onze vakantie dus. Ook het woord vacuüm houdt hiermee verband: de afwezigheid van materie of lucht. Beide woorden hebben dezelfde oorsprong (voor de latinisten: vacare – leeg zijn, vrij zijn. Klassieker Latijn voor hetzelfde woord is otium).
Het woord school komt, weliswaar via het Latijn, uit het Grieks: skholê (σχολή). Daar betekent het woord gek genoeg precies hetzelfde als vacantia: vrije tijd en rust! Zo bezien is het woord schoolvakantie bijna een pleonasme.
Hoe het woord ‘school’ zo opvallend van betekenis kon verschuiven, heeft alles te maken met het onderwijs in de Oudheid. Leerplicht en georganiseerde scholen waren allerminst aan de orde van de dag. Oorspronkelijk kon alleen die tijd, die niet aan het (hard) werken voor levensonderhoud werd besteed, gebruikt worden voor de geneugten des levens. Het leren lezen en schrijven van literatuur was voorbehouden aan die mensen, die het zich konden veroorloven niet de hele dag te werken, en zo inderdaad vrije tijd hadden.
Het verschuiven in betekenis van het woord ‘school’ vindt echter al vroeg plaats: Plato en Aristoteles gebruiken het woord ‘school’ al voor filosofische stromingen en plekken om te leren. Desalniettemin laat een duik in de taal en cultuur van de Grieken en Romeinen zien dat ‘schoolvakantie’ eigenlijk een heel bijzonder woord is!
'Schoolvakantie' has no comments
Geef als eerste commentaar hierop!