Nu de economische crisis achter ons ligt, wordt er in Nederland weer volop gebouwd. En bouwen doen we tegenwoordig vooral met beton.
Voor de uitvinding van beton moeten we terug naar de Romeinen. Marcus Vitruvius Pollio, die als ingenieur werkte voor de latere keizer Augustus, schreef het recept voor beton op in zijn tien boeken Over Architectuur. De Romeinen mengden voor hun opus caementicum kalksteen met puzzolaan, een vulkanisch zand uit Pozzuoli, een stadje in Zuid-Italië in de buurt van de vulkaan Vesuvius. Daarna verhitten ze het tot 900 graden Celsius en lieten het afkoelen in zeewater. Die mortel mengden ze met stukken rots en puin.
De Romeinen gebruikten hun beton voor hun havens, maar ook voor gebouwen. Het gebruik van beton maakte constructies mogelijk die eerdere beschavingen minder goed konden maken, zoals koepels en gewelven. Zo werd bijvoorbeeld de bouw van het monumentale Pantheon in Rome mogelijk.
In 2013 publiceerde de Universiteit van Californië in Berkeley onderzoek dat laat zien dat Romeins beton in bepaalde opzichten superieur is aan modern beton. Romeinse havenwerken in beton zijn bijvoorbeeld nog steeds in relatief goede staat na 2000 jaar aantasting door golfslag en zeewater.
Lees ook de column van Leonard Rutgers van 15 juli 2017 in het FD
'Dagelijks klassiek: Romeins beton' has no comments
Geef als eerste commentaar hierop!